Raadzaal, Commissiekamers en Burgerzaal. Het Stadhuis Arnhem is een relatief jong gemeentelijk monument van Architect Konijnenberg uit de stroming van de functionalisten. Het is een totaalontwerp: exterieur, interieur en meubels zijn door hem ontworpen. De bestaande inrichting voldeed niet meer aan de huidige eisen. Het dualisme eiste een andere vergaderopstelling en het meubilair en de inrichting waren onpraktisch, niet ergonomisch en versleten. Het volledige ontwerp van de restauratie, renovatie en vernieuwingen lag bij Ruud-Jan Kokke en werd nauw gevolgd door de monumentencommissie en -ambtenaar. Naast het bouwkundige en interieur- en exterieurontwerp zijn zoveel mogelijk elementen en meubels opnieuw ontworpen. De oude opstelling van het verheven bestuur tegenover de raadsleden is gewijzigd in een pisteopstelling. Om tot een optimale vergaderopstelling te komen heeft Ruud-Jan, op voorstel van de griffier, nauw samengewerkt met debatdeskundige Maarten Bouwhuis. Oorspronkelijke vormdetails, materiaalsoorten en functies heeft hij terug laten komen in de nieuwe ontwerpen.
“In de oorspronkelijke raadzaal lag een tapijt gemaakt door een kunstenaar. Daarom heb ik een kunstenaar uitgenodigd om een nieuw tapijtontwerp te maken. Ik heb alle raadsleden gevraagd twee woorden op te schrijven. Deze woorden heb ik aan kunstenaar Petra Hartman gegeven en haar gevraagd de woorden tot een patroon te weven. Bij het oorspronkelijke ontwerp van Konijnenberg zijn een aantal kunstenaars functioneel betrokken geweest. In navolging daarvan heb ik twaalf kunstenaars bij het totale stadhuisproject betrokken. Sommige voor een gerichte opdracht (tapijt: Petra Hartman; wandschildering raadzaal: Ad Gerritsen; wandschildering Bennisallee: Rosemin Hendriks; loper: Koos van Zomeren), andere voor een aankoop (Maria Roosen, Klaas Gubbels, Peter Otto, Marcel Joossen, Albert van der Weide, Gabriele Merrolli, Peter Bliek), of gift (The People of the Labyrinths).